home
spankingforum.nl
smverhalen.nl
Spanking & Sm Forum

Forum:
Welkom
SpankingForum
SM Verhalen
Spanking Verhalen
Overzicht & Uitleg

Zoek op:
verhalen om mee te beginnen   om mee te beginnen
Goud! prachtige en milde verhalen, eerste keus van de Beheerder  prachtig en mild
Verhalen met heel bijzonders volgens de Beheerder - glij over het pictogram om te weten wat    bijzonder
  spanking verhalen
verhaal pictogram
schrijversnaam
uitgebreid zoeken

Nieuw:
Afgelopen Week
Afgelopen 2 Weken
Afgelopen Maand

Handig:
Aanmelden
Log In
Log Uit
Wijzig Profiel
Site-etiquette
FAQ: veelgestelde vragen

Aanbevolen:
Erobird Boekenwinkel

sm & spanking verhalen & forum

Welkom
Forum
Verhalen
Spanking
Verhalen
  Verhalen
Zoeken
Boekwinkel
Aanmelden
Log In  Log Uit

 

Een verhaal van:  
zie deel I


  Oppasser

Beoordeling: nog geen

Vind je dit verhaal erg goed
of juist niet
geef dan hier je waardering:
 (Waardeer!)
Aantal waarderingen tot nu toe: 0

Gepost op vrijdag 04 oktober 2019 - 01:26 pm:       


Afzonderlijke Golven - deel II


deel II (dit verhaal is opgeknipt in 3 delen)




Paul Gérard

Diagnose


De therapeut staat op en loopt naar het raam. Veiliger dan naar Freud kijken, want dat geeft maar ongewenste reacties. Want hij wil even rust. Rust voor haar. Rust voor hem.
Want hij moet toegeven: dat heeft hij nodig.
Zij heeft hem verrast, dat is duidelijk.
Niet haar woorden, noch haar uitbarsting an sich, maar het moment waarop.
Hij had zorgvuldig zijn woorden gekozen, zorgvuldig het moment gekozen om haar illusies door te prikken. Maar hij had haar fout ingeschat. Ze was veel oppervlakkiger dan hij dacht.
Hmm, daar moest hij zichzelf corrigeren. Ze zou oppervlakkiger kunnen zijn dan hij dacht. Er waren andere mogelijkheden. Haar blokkade zou ook veel groter kunnen zijn dan hij dacht. Toegegeven, erg waarschijnlijk was het niet, haar gedrag was daarvoor toch te uitdagend, maar hij mocht niet te snel oordelen. Hij was therapeut, en hij diende zichzelf altijd open te stellen voor zijn cliënten.

Maar deze ‘mevrouw’ maakte het hem wel moeilijk dat te doen. Neem haar verhaal nu over haar echtgenoot en haar zogenaamde gelofte van gehoorzaamheid. Moet je haar daar toch zien zitten, dat is toch niet voor te stellen. Haar praat over uitgaan zonder slipje, onvoorstelbaar. Maar nee, dat had hij zelf geconstateerd: dat had ze aan. Maar wat bedoelde ze dan met “het is maar goed dat” toen ze melde dat ze wčl een slipje aan had?
En dan haar voortdurend uitdagend gedrag? Natuurlijk was hij daarvoor gevoelig: hij was niet alleen therapeut, maar ook een man. Een man die haar inderdaad aantrekkelijk vond. Het type vrouw waar hij gevoelig voor was. Het type dat hem voortdurend uitdaagde om daarbij net te doen alsof ze dat helemaal niet deed. En deze M. was daar bepaald geraffineerd in, heel geraffineerd.
Maar therapeut bleef hij, en deze momenten van overpeinzing gaven hem zijn professionele houding terug. Hoezeer hij ook twijfelde aan haar diepgang: het was zijn taak om haar te helpen. Zijn eigen gevoelens deden er niet toe.

Hij draaide zich weer naar haar toe.
“Mevrouw, ik zal u helpen.”
“Om u te helpen is het eerst nodig dat u zich ontspant, dat u luistert.”
“Wilt u dat ik u ga helpen?”
Ik meen een aarzeling te zien, toch knikt ze “ja”.
“Gaat u dan weer liggen op de divan, blijft u liggen, ontspan u.”
“En terwijl u ligt en luistert, verlang ik één ding van u: dat u blijft liggen, net zolang als ik dat wens.”
Zijn stem is inmiddels traag en vlak geworden, en wat lager als normaal. Het heeft een hypnotiserende werking op haar, zonder dat ze in trans raakt.
“Als u boos wordt, of verdrietig op wat ik u vertel, mag dat. Sta het toe, die boosheid, dat verdriet. Laat het gaan. Maar blijf liggen, blijf luisteren. Als u wilt huilen, huilt u, als u wilt schreeuwen schreeuwt u, maar u blijft liggen, blijft luisteren.”
“Ontspant u zich, voel hoe uw lichaam zich ontspant. Voel hoe fijn dat is. Alle spieren zijn ontspannen.”

Hij wacht even en ziet haar ontspannen. Haar ademhaling is nu regelmatig.
“U bent een aantrekkelijke vrouw, een heel aantrekkelijke vrouw.”
Hij weet dat die woorden haar goed zullen doen, het zal haar ontvankelijk maken.
“En u wilt dat ook zijn: een aantrekkelijke vrouw. Een sexueel aantrekkelijke vrouw. Want uw sexualiteit is belangrijk voor u, heel belangrijk voor u. Het vormt het wezen van uw zijn. En dat is mooi. Want u bent mooi.”
“Uw sexualiteit beheerst u. Het is in alles wat u doet, wat u ziet, wat u voelt. U bent uw sexualiteit. U bent het en u wilt het zijn. En als u het bent, wilt u meer. Uw sexualiteit is onbegrensd. Uw drang naar sexualiteit is onbegrensd. Uw sexualiteit is obsessief.”
“U wilt het en toch wilt u het niet. Het maakt dat u zich verward voelt. Dat geeft niet, maar het is niet nodig. Want u staat in die gevoelens niet alleen. Zoveel vrouwen hebben dat. Dat heeft een naam. Een naam om het te erkennen, te herkennen. Niet om u in een hokje te plaatsen, maar om u het te laten accepteren. Om u te laten weten dat u niet alleen staat.”
“Wij noemen het een syndroom. Een syndroom is geen ziekte. Een syndroom staat voor hňe u zich gedraagt, niet waarňm u zich zo gedraagt. Het een sexualiteits syndroom, het is het obsessief sexualiteits syndroom. Het is geen ziekte, maar het kan wel veroorzaakt worden door een ziekte. Net zo goed als het veroorzaakt kan worden door een verlangen, zelfs door een karakter. Want het belangrijkste is, is dat het niet langer tegen u werkt. Dat u zich er niet tegen verzet. Dat u accepteert dat het er is.”
“Want dat is wat er zojuist gebeurde: u ontkende het.”
“U blijft nu luisteren, luisteren doet u geen kwaad, luisteren gaat u helpen....”

“Ik vertelde u wat ik zag, wat ik hoorde, toen u daar op de divan lag en omhoog kwam.”
“U wilde zo graag een meisje zijn. Uw armen om uw knieën geslagen, uw wang op uw knie. De aandoenlijke houding van een meisje, een klein meisje. Ook uw ogen waren de ogen van een klein meisje, mooie grote poppenogen. Vol onschuld en vol verwachting keek u mij aan. U wilde het zo graag zijn, maar u was het niet. Het was uw vriendin die u dacht te zijn. U bent niet onschuldig, en uw ogen zijn geen poppenogen. Uw ogen zijn vol lust, vol verlangen naar opwinding, sexualiteit. Oh, u wilt zo graag, maar u mag het niet. Daarom wilde u het niet horen, daarom werd u boos. Daarom werd ik een charlatan.”
“Omdat ik het -in de vorm van het meest naakte gruwelijke woord voor een vrouw- u toebeet: u bent een slet.”

“Goed zo, wordt maar boos, wordt maar verdrietig, maar laat het tot u doordringen. Een slet.”
“Voel dat maar, dat woord slet. Want wat ěs een slet. Een slet heeft een tomeloze behoefte heeft aan sex. Om het even met wie. U hebt een tomeloze behoefte aan sex. U denkt dat dat verlangen alleen gericht is op uw man. Maar dat is niet zo. Het is gericht op alle mannen, zelfs op mij, uw therapeut. U ziet mijn ogen kijken, ziet het zweet op mijn voorhoofd, en het enige dat u kan denken is sex, hij ziet sex, hij is niet anders dan alle mannen, hij wil mij, hij wil sex met mij.”
“En u wéét het ook zelf. Want hoe minder u sexueel mag zijn, des te groter uw behoefte wordt. Of, in uw eigen woorden, des te “geiler” u wordt.”

“Dat doet pijn, ik weet het, zoveel pijn. U blijft liggen. U bent moedig. U voelt de pijn. En dat is goed.”
“En ik ga u nog meer pijn doen. Ook dan blijft u liggen. Want u blijft luisteren. U verzet zich niet langer. U bent moedig. Heel moedig.”
“U bent niet alleen een slet, u bent een slet die met haar sexuele behoefte te koop loopt. Niet omdat zij zich echt wil verkopen, maar omdat haar behoefte zo groot is dat ze het aan iedereen toont. Bewust of onbewust. Zo’n vrouw noemen we een hoerige slet. Zo’n vrouw bent u.”
En hij glimlacht in zichzelf.
Hoe een paper dat hij langgeleden had geschreven hem nu zo van dienst kon zijn:
“sletten en hoeren, verschillen en overeenkomsten.”



Marny

Zou Hij



Onderuitgezakt en ontspannen hoor ik hem aan. Heel even was ik op mijn qui-vive toen ik hem hoorde zeggen: “Ontspant u zich, voel hoe uw lichaam zich ontspant …”, maar hij ging niet verder. Voor hypnose hoef ik dus niet bang te zijn. Zover gaat hij niet, tenminste … nóg niet. Ik laat mijn schild zakken maar als ik hem hoor zeggen dat ik verdrietig en boos mag zijn, dat ik mag schreeuwen en huilen, trek ik een wenkbrauw op en kijk hem met een verbaasde blik aan. Huilen? Waarom zou ik in hemelsnaam moeten huilen? Ik schud een beetje lacherig met mijn hoofd en zak weer terug op de divan.
Dan gaat hij verder: “U bent een heel aantrekkelijke vrouw.”
Ja, natúurlijk ben ik dat, denk ik verwonderd. Daar doe ik ook mijn uiterste best voor. Ik moet er niet aan denken er als een slons bij te lopen. Met gruwel denk ik aan een vroegere vriendin van mij. Ik zie haar tegenwoordig nog maar zelden. Heel lang heeft ze er als een slons bijgelopen totdat haar echtgenoot het zat was. Hij had haar voor de keuze gesteld: opknappen of wegwezen. Ze had voor het eerste gekozen, en nu? Nu is ze de slavin van haar echtgenoot. En dan bedoel ik ook slavin ik de ware zin van het woord. Gebrandmerkt, zodat ze er altijd aan herinnerd wordt dat ze zijn eigendom is.
Slonzig? Nee, slonzig ben ik niet, verre van dat.


De stilte in de kamer doet me tot rust komen. Mijn gedachten gaan naar mijn vriendin A. Als het goed is, zit zij rond deze tijd bij de heer H. Hoe zou het met haar zijn? Zou H. net zo’n gevoelige therapeut zijn als mijn P?
Dan gaan mijn haren heel even recht overeind staan als ik hem voor de tweede keer hoor zeggen dat ik een slet ben. Ben ik een slet? Het eerste gedeelte van zijn uitleg kan ik wel begrijpen: tomeloze behoefte aan sex, maar wat daarna volgt, klopt voor geen meter. Sex om het even met wie? Als ik aan mijn jaloerse echtgenoot denk, schud ik mijn hoofd. Sex met anderen? Dan moet ik weer mijn buikje gaan inhouden omdat ik er, net zoals iedere vrouw, toch op mijn best wil uitzien. Brr, de rillingen lopen nu duidelijk zichtbaar over mijn lijf. Ik moet er niet aan denken. Uitdagen! Dat doe ik graag. Stijlvol en gracieus, geraffineerd en sensueel. Ja, vooral dat laatste. Op speelse wijze wind ik de mannen om mijn vinger en laat ze denken dat ik ze toebehoor. Aahhh, hoeveel mannen zijn uit liefde voor mij door hun knieën gevallen. En hoeveel zitten daar nog steeds. Nee, ik kan čcht geen slet zijn.
Maar het volgende wat hij zegt dat is volkomen waar, deze therapeut kan op dit moment alleen maar aan sex denken, sex met mij.
Ik schiet bijna hardop in de lach als hij zegt: “dat doet pijn”.
Pijn? Hij weet niet waar hij over praat. Hij heeft werkelijk geen flauw benul wat pijn inhoudt. Mmm, met genoegen denk ik terug aan de laatste spanking die ik heb gehad; over de knieën van mijn echtgenoot gelegen, mijn rokje rond mijn middel en mijn slipje halverwege mijn dijen. Zijn sterke handen hadden geen medelijden getoond en hij had me zó heet gemaakt. Ik slaak een diepe zucht en ik voel de bekende warmte door mijn buik trekken.
Als ik zo peinzend op de bank lig begin ik automatisch mijn ledematen te strekken. Uitdagend breng ik mijn armen boven mijn hoofd en rek me uit. Vanonder mijn wimpers kijk ik naar zijn prachtige grijsblauwe ogen en de lust die ik zie, doet me ontspannen. Ik besef heel goed welke uitwerking deze houding heeft op mijn therapeut, en in mijn ooghoeken zie ik hem naar mijn borsten gluren.
Mijn wangen kleuren rood als ik weer in de realiteit terugkeer als hij zegt: “Ik ga u nog meer pijn doen”.
Mijn ogen gaan wagenwijd open. Zou het? Zou hij?




Paul Gérard

Id-Ego Hypnose



Tevreden zakte de therapeut even weg in zijn stoel. Met succes had hij de Id-Ego Hypnose bij cliënte A. volbracht. Id stond natuurlijk voor het onbewuste (of het “Es”), Ego voor het bewuste (of het “Ich”) -het Super-Ego (het geweten, of Über-Ich) speelde zoals gewoonlijk in zijn therapieën geen rol van betekenis. Hij kon met rede tevreden zijn, want zijn laatste speldenprik: haar te classificeren tot hoerige slet, had zijn werk gedaan.
Het was echt een prachtige innovatief instrument, deze Id-Ego Hypnose, ontwikkeld door de onderzoeksgroep associatieve therapie van de NPV. Het bracht de cliënte (inderdaad, meestal toegepast bij vrouwen) dusdanig in trance dat ze wel alles hoorde wat de therapeut zei, maar het stimuleerde tegelijkertijd om op diens woorden vrij te associëren. Daarmee kwamen ongekende emoties los: in het algemeen emoties vanuit het spanningsveld tussen Id en Ego, waarbij enerzijds door de cliënte de dominantie van het Ego ervaren werd, terwijl anderzijds tegelijkertijd het id gevoed werd. Oftewel: de cliënte dacht dat ze vrij en onbevangen associeerde op hetgeen door de therapeut verteld werd, zo sterk zelfs dat het was alsof de woorden van de therapeut haar niet raakten. In werkelijkheid drongen diens woorden diep tot in het Id door, terwijl haar eigen associaties in feite het verzet daartegen van het Ego waren.

Ook nu weer had dat uitstekend gewerkt.
Hij had, terwijl hij haar toesprak, haar lacherig met haar hoofd zien schudden, haar zien wegzakken, ongecontroleerde rillingen zien krijgen, een lach onderdrukken en diep zien zuchten.
Waarop de gebruikelijke verleidingsstrekking van haar ledematen volgde als om hem te laten zien hoe sexueel aantrekkelijk ze wel niet was. En te veronderstellen dat hij daarvoor als man uiterst gevoelig was. Natuurlijk had hij dat bevestigd door naar haar borsten te staren.
Om tenslotte op zijn woorden “ik ga u nog meer pijn doen” haar wangen rood te kleuren en hem met grote ogen aan te kijken. Las hij daarin een zeker onvervuld verlangen? Maar welk verlangen?

Wonderlijk, deze mevrouw M.
Zo’n verzet tegen therapie was hij nog niet vaak tegen gekomen. Natuurlijk had hij verzet bij haar verwacht. Daarvoor waren haar eerdere ervaringen met zijn “collega’s” al te schokkend geweest. En het inzicht in haar eigen problematiek te gering. Daarom had hij de Id-Ego Hypnose gekozen als instrument.
Maar toch had hij daarbinnen zijn woorden zeer voorzichtig gekozen. Hij had haar alleen datgene teruggegeven wat ze al zelf had aangegeven om haar te verduidelijken dat ze inderdaad in de ware betekenis van het woord een “slet” was, zelfs een “hoerige slet”. Maar het protest van haar Ego was onmiskenbaar geweest. Terwijl haar Id daarentegen zijn diagnose omhelsde en ruim baan gaf aan haar sexueel obsessieve impulsen. Waarop haar Ego natuurlijk niet achter kon blijven door bevrediging van die impulsen te verlangen, wat zich uitte in een rode kleur en wellustige ogen.
Maar wat hem nog het meest biologeerde was de impact die het woord “pijn” steeds op haar had. In plaats van de schokkende ervaring te verzachten, door het labelen van het gevoel, zoals dat normaliter optrad, zag hij een zeker verlangen. Niet de pijn van gevoelens die de cliënt het liefst wilde vermijden en ontkennen, een pijn die sneed in de ziel, “pijn” zoals hij het woord therapeutisch had gebruikt, maar eerder een tegengestelde reactie. Alsof pijn een hoger goed was. Geen pijn om klaar te komen met je verleden, je onverwerkte verlangens, je trauma’s, zodat je daarna gelouterd weer verder kon, pijn als onvermijdelijke fase in het verwerken, onvermijdelijk maar even goed verschrikkelijk. Maar pijn als doel, als zelfvervulling. Zou hij dan hier een ware masochiste voor zich hebben? Een vrouw die er vreugde in vond bespot en vernederd te worden? Of waren er nog andere opties? Hij diende zeer omzichtig te opereren, want met ware masochistes had hij nog weinig ervaring.

Maar eerst moest hij haar obsessieve impulsen beheersbaar maken.
Hij kijk haar recht in haar ogen, liet zijn stem dalen en sprak dwingend:
“draai je om, op je buik.”
Bewust liet hij het ‘u’ varen om de schok te vergroten. En de kracht van zijn woorden te versterken.
Natuurlijk wilde ze zich tegen zijn bevel verzetten. Hij gaf haar die kans niet.
“Draai je op je buik, of je kunt gaan.”
Hij wist dat hij haar daarmee in een geweldig dilemma plaatste.
Natuurlijk wilde ze weigeren. Maar even natuurlijk wilde ze niet weglopen.
Haar enige optie was verbaal protesteren, en juist die mogelijkheid ontnam hij haar.
“Nu!”




Marny

Wauw !



Wauw !
Nog nooit in mijn leven was mijn reactie zo snel. De tijd die ik nodig had om tot het besef te komen wat er zojuist was gebeurd, duurde oneindig veel langer dan de halve seconde die ik nodig had om me om te draaien. Op mijn buik, mijn gezicht diep in de sofa weggeduwd en nog steeds mijn armen boven mijn hoofd gestrekt, kom ik bij mijn positieven. Had ik zojuist werkelijk gehoorzaamd? Gehoorzaamd aan een totaal vreemde? Blijkbaar wel, want ik lig toch echt op mijn buik, zoals hij bevolen had. Bevolen?
Heel voorzichtig til ik mijn hoofd een stukje op en kijk hem van onder mijn wimpers aan. Zijn eerst nog vriendelijke grijsblauwe ogen schieten nu vuur. Ik bijt op mijn onderlip en probeer een traan tegen te houden. Waarom is hij nu ineens zo boos? Wat is er gebeurd? Heb ik niet goed geluisterd, heb ik hem reden gegeven om kwaad te worden? Kwaad op mij?
Ik duw mijn hoofd weer diep in de kussens en trillend besef ik dat nu niet alleen mijn echtgenoot, maar ook dokter P. boos op me is. Ik kreun zachtjes want het allerlaatste wat ik wil, is dat hij niet tevreden over mij is. Maar ik ben zo verward. Ik weet niet wat ik moet doen. Ik heb al zo lang niet zelf hoeven nadenken of beslissen. Want daar heb ik toch mijn echtgenoot, mijn heer en meester voor? Hij bepaalt wat ik doe, wat ik zeg, soms zelf wat ik mag denken.
Ik hef mijn hoofd weer even op, lang genoeg om hem nog een keer aan te kijken. Opgelucht slaak ik een diepe zucht als ik de, nu weer vertrouwde vriendelijke ogen over mijn lichaam zie gaan. Als ik zijn ogen volg, zie ik dat mijn rokje zover omhoog geschoven is, dat mijn linkerbil volledig zichtbaar is.
“Wil je me straffen?” Bijna geluidloos komt het eruit.
Hij buigt zich voorover alsof hij me niet heeft gehoord.
“Je mag me straffen, hoor”, zeg ik nu luider.
Ik hoor hem naar adem snakken en dan zegt hij met ongeduld in zijn stem: “Ik wil je niet straffen. Denk je dat ik dat wil?”
“Ja natuurlijk.” Er klinkt meer bravoure in mijn stem dan ik werkelijk voel. “Ik ben toch ongehoorzaam geweest?”

dit ‘verhaal’ is opgedeeld in 3 delen


dit account wordt alleen gebruikt om te lange oude verhalen in meerdere delen op te splitsen

reacties vind je in deel I
gebruik onderstaande links voor het volgend/vorige deel


      naar het vorige hoofdstuk/verhaalnaar het volgende hoofdstuk/verhaal