home
spankingforum.nl
smverhalen.nl
Spanking & Sm Forum

Forum:
Welkom
SpankingForum
SM Verhalen
Spanking Verhalen
Overzicht & Uitleg

Zoek op:
verhalen om mee te beginnen   om mee te beginnen
Goud! prachtige en milde verhalen, eerste keus van de Beheerder  prachtig en mild
Verhalen met heel bijzonders volgens de Beheerder - glij over het pictogram om te weten wat    bijzonder
  spanking verhalen
verhaal pictogram
schrijversnaam
uitgebreid zoeken

Nieuw:
Afgelopen Week
Afgelopen 2 Weken
Afgelopen Maand

Handig:
Aanmelden
Log In
Log Uit
Wijzig Profiel
Site-etiquette
FAQ: veelgestelde vragen

Aanbevolen:
Erobird Boekenwinkel

sm & spanking verhalen & forum

Welkom
Forum
Verhalen
Spanking
Verhalen
  Verhalen
Zoeken
Boekwinkel
Aanmelden
Log In  Log Uit

 

Een verhaal van:  
Paul Gérard


  Oppasser


Beoordeling: 

Vind je dit verhaal erg goed
of juist niet
geef dan hier je waardering:
 (Waardeer!)
Aantal waarderingen tot nu toe: 3

Gepost op maandag 21 november 2011 - 05:21 pm:       


De Strafhang


het vonnis is bekend, de straf kan worden uitgevoerd




Maartje zou echter nog lang geen stoel nodig hebben. Noch op het podium, noch in de zaal. Haar wachtte haar straf, haar vonnis. Het was daarom dat het Hoofd haar geknield op het podium liet zitten.
“Meisje Maartje is schuldig bevonden aan de meest verschrikkelijke daden denkbaar voor een kostschoolmeisje. Zij heeft deze rechtbank, het hoogste orgaan van deze kostschool, beledigd, het ambt van Klasse-Oudste bezoedeld, haar leraressen beschaamd, het gezag van de Kostschool voor Moeilijk Opvoedbare Meisjes ondermijnd.
Zij zal niet alleen worden gestraft ten overstaan van alle aanwezigen, maar zal deze straf ook ondergaan in de als kostschoolmeisje meest vernederende positie denkbaar.”
De Rechter liet een dramatische stilte vallen. De zaal huiverde. Iedereen kon zich wel een beeld vormen waaruit die positie zou kunnen bestaan.
“Juffrouw V., mevrouw Mélisande, zou u zo vriendelijk willen zijn de Strafhang in gereedheid te brengen?”
Strafhang?
De meisjes vooraan keken elkaar verbaasd aan. Een strafhang, wat mocht dat zijn? Maar niemand van hen kende het.
Toch klonk er een licht geroezemoes achter in de zaal. Niet een vragend geroezemoes, eerder met instemming. Of ontzag. En als je goed keek richting ‘ex-leerlingen’ zag je zelfs menig gezicht verbleken.
Juffrouw V. en Madame Mélisande zaten ieder aan één kant van de rij leraressen. Niet bij toeval vanzelfsprekend. Waardig stonden ze op en begaven ze zich naar het podium alwaar ze de Stafhang bevestigden tussen de twee metalen staven die als twee pilaren reeds verankerd waren in de podiumvloer.
De Strafhang zelf bleek een leren band te zijn, net zolang als de afstand tussen de twee pilaren, ongeveer tweeënhalve meter; aan beide uiteinden smal, in het midden zo’n dertig centimeter breed. Over deze band moest Maartje zich buigen, met haar billen naar de zaal gericht, haar gezicht naar de rechtbank.
Met banden die aan de strafhang bevestigd waren, werd ze aan de strafhang vastgesnoerd. Zo lag ze vast, maar toch nog overal vrij bereikbaar.
Aan haar enkels en polsen bevestigden de dames leren boeien. Vervolgens verlaagde men de palen zodanig dat Maartjes rug volmaakt horizontaal lag om daarna haar benen zo maximaal mogelijk te spreiden en ze vast te zetten aan ringen in de vloer. Natuurlijk kwam haar lijf en vooral haar benen daardoor onder spanning te staan. Maar de zwaarte van haar lichaam maakte dat ze horizontaal niet van houding veranderde. Haar hoofd en haar armen hingen nog steeds naar beneden. Het enige verschil was dat haar benen nu zo wijd gespreid waren dat het publiek de binnenkant van haar dijen vrij kon bewonderen. Ze was voor het publiek ‘geopend’.
Juffrouw V. en mevrouw Mélisande verdwenen achter de gordijnen aan de achterkant van het podium en kwamen met twee koorden te voorschijn die ze bevestigden aan Maartjes polsboeien. Geruisloos spanden de koorden zich daarna totdat haar armen volledig uitgestrekt werden. Naar nu bleek verdwenen de koorden achter het podium op een hoogte van twee meter met een onderlinge afstand van vijf meter. Daardoor vormden bovenlijf en armen nu één lijn, trokken haar rug weer enigszins omhoog, haar armen licht gespreid. Al haar ledematen waren strak getrokken en zelfs haar lijf was gestrekt zonder dat ze het noemenswaardig kon bewegen.
Als laatste werd ook haar hoofd gefixeerd. Haar haar werd in een knot gebonden, hoog, haast tegen haar voorhoofd aan. En aan die knot maakte men een lederen band vast, die op zijn beurt weer bevestigd werd aan twee koorden, die net zoals dat met de koorden aan haar armen was gebeurd, achter de gordijnen van het podium verdwenen, maar in dit geval: aan links en recht van het podium en enigszins schuin richting zaal. Langzaam werden ook deze koorden strak getrokken. Ze trokken haar hoofd naar achteren, tegen haar nek. Zo werd Maartje gedwongen, terwijl ze bijna horizontaal lag, toch de rechtbank aan te kijken.

“Het zal Meisje Maartje niet toegestaan zijn haar ogen te sluiten. Zij zal tijdens haar straf of de rechtbank aan behoren te kijken, of...”
De Directeur zweeg even om een groot wit scherm achter hem de gelegenheid te geven naar beneden af te dalen.
“...zichzelf.”
En Maartje keek naar zichzelf.
Want daar verscheen haar gezicht op het projectiescherm. Levensgroot. Wat heet, meer dan tienmaal vergroot. Gefilmd door een kleine camera die uit de rechtbanktafel te voorschijn was gekomen.
Zodat niet alleen de rechtbank haar in het gezicht zag, maar ook de zaal.
Ademloos keek de zaal naar het zo schaamteloos uitgerekte meisje op het podium en zag de wanhoop in haar ogen. Wanhoop, want ze wist het. Ze wist wat ze zagen. Haar naaktheid. De borsten die vrij hingen. Haar naakte billen. Haar naakte kont. Haar naakte kut.
Nee, haar open kut. Iedereen in de zaal zou in haar kut kunnen kijken.
Ze zag wat ze nu eveneens konden zien: de schaamte in haar ogen. Haar wanhoop.
En de pijn die weldra haar gezicht zou vervormen. Honderdmaal vergroot.
Ze wilde niet huilen. Niet zo zichtbaar hier voor iedereen. Ze vocht er tegen, vocht tegen haar peilloze verdriet. Ze wilde niet nog kleiner zijn dan ze al was. Maar ze kon het niet tegen houden. Ze zag haar ogen, zag de tranen komen.
Of de Directeur het ook zag? Waarschijnlijk. Of hij ze wilde voorkomen? Dat kon niet anders. Maar of hij haar wilde beschermen? Onwaarschijnlijk. Medelijden met haar had? Uitgesloten!

“Het vonnis van de rechtbank luidt als volgt. Meisje Maartje zal een caning ondergaan van de zwaarste categorie. Daarom zal de voormalige Verdediger haar deze haar toedienen met het verzoek al zijn mannelijke kracht te gebruiken. De straf zal uit drie delen bestaan. De delen zullen afzonderlijk en na elkaar worden verkondigd.”
Drie maal zou ze worden gestraft! Alleen al dat feit vervulde de meisjes met angst. Nog nooit was een meisje publiekelijk drie maal achter elkaar gestraft.
“Advocaat: wilt u Meisje Maartje op haar rechten wijzen.”
“Zeker, meneer de Rechter.”
De Advocaat richtte zich tot Maartje.
“Meisje Maartje. Nog nooit in de geschiedenis van de Kostschool is een meisje zo diep gedaald. Van het meisje met onbetwistbaar het meeste aanzien ben je verworden tot een ...” hij liet even een stilte vallen om daarna minachtend te vervolgen, “niets, een niemand. Wat heb jij in Godesnaam nog in op de Kostschool te zoeken? Je zal meedogenloos gestraft worden, en er niets voor terugkrijgen. Bespaar je deze vernedering en pijn. Verlaat de Kostschool voorgoed. En ik zal er voor zorgdragen dat een andere toekomst je wacht. Die van een gewoon en net meisje.”
Het enige antwoord van Maartje was het schudden van haar hoofd. Met tranen in haar ogen, dat wel. Want de Advocaat had gelijk. In alles. Maar dit was wie ze was. Ze wilde niets anders.
De Advocaat richtte zich tot de Rechter: “Meisje Maartje is gereed om haar straf te ontvangen, meneer de Rechter.”
De Directeur richtte zich vervolgens tot de zaal: “Zou de Dienaar naar voren willen komen.”
Achterin de zaal stond een man op. De meisjes keken om. De oudere onder hen keken elkaar verrast aan. Dienaar? De man die naar voren kwam was in hun ogen beslist geen dienaar. Hij was sterk, atletisch, nog redelijk jong. En heel potent wisten een paar onder hen: de meisjes die het langs in het Instituut verbleven hadden. Maar allen kenden ze hem onder één naam: de Beul. Want als een slavin binnen het Instituut een zware straf moest ondergaan, werd hij opgeroepen. Niet alleen omdat hij sterk was, maar nog meer omdat zijn oog-hand coördinatie perfect was. Als geen ander was hij in staat om slagen op elk gewenst lichaamsdeel van een vrouw op de centimeter nauwkeurig te plaatsen.

Hij betrad theatraal het toneel en maakte een stijve buiging naar de rechtbank.
“Ze is de uwe,” sprak de Directeur.
Van Dora kreeg hij een cane aangereikt en stelde zich naast Maartje op, rechts van haar, want hij was linkshandig.
Oh, wat was het moeilijk voor haar om haar ogen niet te sluiten. Maar gelukkig was de traan uit haar ooghoek verdwenen. Nu restte slechts de angst.
De eerste slag. Hard. De staf van Tess bonkte op de vloer. Haar stem riep: “één.”
Maartje beet op haar tanden.
Een korte pauze.
De tweede slag. De klop van de staf. De stem die riep “twee.”
Weer verbeet Maartje zich. Kreunde ze daarbij? Ze wist het niet. Maar ze zag haar eigen pijn.
Daarom kwam de derde slag voor haar meteen na de tweede. Toch duurde ook deze pauze net zo lang als de eerste twee.
Weer dat verbijten. Nu wist ze het zeker. Ze had gekreund. Haar pijn zo voor iedereen vergroot. Zo zichtbaar. Ze wilde niet toegeven. Niet schreeuwen, niet huilen.
Slag vier. Slag vijf.
Ze schreeuwde maar hoorde zichzelf niet meer. Zag zichzelf niet meer.
Maar dat kon men haar niet toestaan.
De Rechter gebaarde haar beul te wachten.
“Kijk!”
Ze keek.
En werd geslagen. Zes. Zeven volgde. Nu was er geen sprake meer van zich inhouden. Ze schreeuwde onophoudelijk. Schreeuwde en huilde.
En elke keer dwong men haar te kijken. Na acht hoefde men dat haar niet langer te zeggen. Na negen schreeuwde ze zonder haar ogen te sluiten. Ze was het zich niet meer bewust. Want zien deed ze niet langer. Ze keek zonder te zien. Ze was alleen met de pijn.
Twaalf was geweest, maar het duurde lang voor haar schreeuwen stopte.
De pijn ebde langzaam weg. Ze sloot haar ogen.
“Kijk!”
Ze keek. En ze zag weer, zag haar van tranen natte gezicht.
Haar beul ging zitten.
De zaal ontspande zich. Geroezemoes ontstond. Zelfs de mannen achter de tafel spraken zacht met elkaar.

Toen sprak de Rechter opnieuw.
“Deel twee van de bestraffing van Meisje Maartje zal de volgende zijn:
Wederom krijgt zij twaalf slagen met de cane. Maar nu zal zij het zijn die telt.
En vóór elke slag zal ze haar verontschuldigingen voor haar misdaden aanbieden. Om daarna te smeken om de bestraffing daarvan.”
Een zucht ging door de zaal. Niet van de meisjes vooraan, voor hen was een dergelijke straf nieuw, noch van het ‘herendeel’ achterin, maar van de leraressen en meisjes direct achter hen. Zij wisten het. Het leek zo gemakkelijk: zelf mogen bepalen hoe lang je mocht wachten op de volgende slag. Maar niets was minder waar. Elke keer voldoende bij zinnen zijn om je excuus te moeten maken en om de volgende slag vragen, maakte dat je de pijn van elke slag volledig moest incasseren. Natuurlijk, je raakte niet buiten zinnen van de pijn. Maar elke keer je opnieuw te moeten verbijten om de volgende slag op te vangen, en te ondergaan: dat maakte de straf lang, heel lang.
En zo ervoer ook Maartje het. Direct na iedere slag het tellen. Hopen dat je telling klopt. Dan moed verzamelen om je te verontschuldigen voor je daden.
Maar welke daden? Waar moest ze beginnen? Haar falen als Klasse-Oudste. Ze ervoer dat zelf als het meest pijnlijke. Want op het ‘Klasse-Oudste’-zijn was ze trots geweest, heel trots. Dat zou haar eerste verontschuldiging zijn. Dat ze zich daarvoor verontschuldigde en kon smeken om de straf daarvoor, voelde voor haar zelfs als een opluchting.
De eerste slag viel direct.
Maar daarna? Het beledigen van de rechtbank, voor haar het meest onrechtvaardige deel van het vonnis, kòn ze moeilijk vergeten. Moeilijk om je dan juist daarvoor te verontschuldigen? Niet echt, iedereen wist hoe onredelijk dat was.
De tweede slag. De pijn. Maar het concentreren op het zich moeten verontschuldigen hielp haar nu. De school, de Kostschool voor Moeilijk Opvoedbare Meisjes, daarover was de derde veroordeling gegaan. Oh ja, meisjes zoals zij, ze wist het weer. Zij was het niet waardig hier te mogen zijn. Het spijt mij en mag ik straf. Nog steeds niet moeilijk.
De derde slag. De snijdende pijn. Maar oh, wat was dan toch die vierde zonde geweest waarvoor ze was veroordeeld. Iets met Madame, natuurlijk, ze had Madame beledigd.
“Ik heb Madame beledigd en daarmee alle leraressen. Ik heb spijt en verontschuldig me en wilt u me alstublieft straffen.”
De vierde slag. En een gierende pijn.
“Ik verontschuldig me voor al mijn misdaden en alstublieft geeft u mij mijn straf.”
De vijfde slag en weer brak ze. Huilend telde ze en stamelde ze: “Alstublieft, straft u me voor mijn misdaden, alstublieft.”
Maar er kwam geen zesde slag.
En na een diepe snik: “Ik verontschuldig me.”
Maar nog steeds volgde er geen reactie.
Eindelijk keek ze de Directeur echt aan. Toen pas zei hij: “Je mag niet in herhaling vallen.”
Niet in herhaling vallen, maar waarvoor moest ze zich dan verontschuldigen? Wat had ze nog meer misdaan, wie had ze nog meer teleurgesteld? En met die laatste gedachte wist ze wat ze moest zeggen.
“Ik verontschuldig me voor het misbruiken van mijn adjudant Nina, straft u me alstublieft daarvoor.”
Direct de slag.
“Aghh, zes, ik verontschuldig me voor mijn gedrag met Nina, dat ik haar dwong de meisjes te verraden, straf me daarvoor, alstublieft, dat ik van haar een meidennaaister heb gemaakt.”
Weer een slag.
“Ohhh en zeven.”
Ze moest even nadenken.
“En Juliette, ik verontschuldig me voor Juliette, dat ze zich misdragen heeft terwijl ik haar Gids was. Straft u me daar voor.”
Geen slag nu, maar een overleg tussen de heren. Ze had zich reeds verontschuldigd voor haar falen als Klasse-Oudste. Dat was waarvoor ze was veroordeeld. De bewijsvorming daarvoor was het gedrag van Juliette geweest. Haar falen als Klasse-Oudste gold met name de onbetamelijkheid van Juliette. Maar genoemd had ze dat nog niet. Mocht derhalve...
“Juliette, het spijt me,” riep ze toen ze hun dilemma begreep.
De Rechter knikte en meteen volgde de slag.
“Aaah, acht, en ook jou Nina, het spijt me wat ik je heb aangedaan, dat ik je heb laten kruipen voor mij, ohh Nina, dat ik het heerlijk vond om je te vernederen, je te bespotten, oh, straft u me daarvoor.”
De slag.
“Negen, auwww ja, dat iedereen nu een hekel aan je heeft en ik daarvoor gezorgd heb, dat ik je heb gedwongen je belachelijk te maken bij de andere meisjes, dat ik ervoor zorgde dat ze een hekel aan je kregen, het spijt me zo.”
Ze beet op haar tanden. Nog even.
“Elf...”
Alle vrouwen in de zaal hielden hun adem in. Elf?
“...en het spijt me dat ik daardoor zo’n slecht voorbeeld voor alle meisjes ben geweest, dat ik alles voor jullie verziekt heb met Nina, alstublieft, straft u me daarvoor.”

“Twaaaalf, en het spijt me...”
Maar dwars door haar woorden heen volgde al de volgende slag.
“Ohhhhhh, twaalef, alsjeblieft...”
Weer een slag.
Lang jammerde ze voordat ze kon roepen: “Dertien.”
Maar weer wachtte de beul haar verontschuldigingen niet af en sloeg haar direct.
“Huilend schreeuwde ze:
“Het is niet eerlijk, ik kreeg al veertien slagen.”
Een kort gebaar van de Rechter, en weer sloeg de beul.
Maartje gilde, waardoor ze de daarop volgende woorden van de Rechter niet hoorde.
“Je kunt niet tellen. Nog één.”
Weer een slag.
“En waar is je berouw? Nog één.”
En in die slag: “Waar zijn je verontschuldigingen? Nog één.”
En of ze dat laatste hoorde, of instinctief wist dat slechts één ding haar kon redden van nog meer slagen, schreeuwde ze nog in die laatste slag:
“Het spijt mij, het spijt mij, het spijt mij, het spijt mij, het spijt mij.....”
Haar jammerklacht doofde langzaam uit zodat op het laatst haar woorden klonken als een mantra: hetspijtmij hetspijtmij hetspijtmij.
“Je moet opnieuw beginnen...,” begon de Rechter.
“Nee, nee alstublieft niet opnieuw, niet opnieuw.”
“Bij waar je gebleven was voor je fout ging tellen,” vervolgde de Rechter.
Had hij medelijden gekregen, of volgde hij strikt het protocol?
Feit was dat hij haar nu hielp, want het was duidelijk dat ze niet wist waar ze gebleven was.
“Tien, je was bij tien.”
“Dank u wel, meneer de Rechter, dank u wel. Tien, en en...”
Ze begon weer te huilen. Ze wist het niet meer.
Ze voelde zich zo wanhopig. Niets deed ze goed. Niets had ze goed gedaan. Ook in haar eigen ogen had ze gefaald. Oh, wat was ze trots geweest, trots op haar ambt. Het aanzien dat ze genoot, de macht die ze had. En wat had ze er een misbruik van gemaakt. Nina, en Juliette, en ohhh. Ze had...
Ze beet op haar lippen. Zelfs de gedachte aan wat ze had gedaan deed nu pijn. Maar ze moest het opbiechten. Ze kon niet anders.
“Juliette en jij ook Nina, het spijt me zo... waartoe ik jullie gedwongen heb... mijn eigen genot, oh, ik ben zo door en door slecht, straf me voor mijn slechtheid, alsjeblieft.”
Direct na haar “alsjeblieft” kwam dan eindelijk de slag.
Ook bij deze slag schreeuwde ze, maar het was een dankbare schreeuw nu.
“Jaaaaa, oh jaaa, elf. Ik ben zo slecht. Ik heb jullie gedwongen. Gedwongen om te knielen, te knielen voor mij, onder mijn rok te kruipen ahhhhh en mij te likken,” snikte ze.
En op het gebaar van de Rechter wachtte de beul haar vragen om haar straf niet af, maar sloeg hij voor een laatste maal. En sprak zelf de verlossende woorden uit.
“Twaalf.”

De rechtbank gunde Maartje even rust. Liet men haar met haar gedachten alleen. Om zo het schuldbesef zijn werk te laten doen.
Het gaf ook de zaal even respijt. Natuurlijk keken de kostschoolmeisjes elkaar aan. En keken ze vanzelfsprekend naar Nina. Want het was waar geweest! Alles wat ze over haar geroddeld hadden, was werkelijk waar geweest. Maar hadden ze haar niet al te gemakkelijk veroordeeld? Bovendien, een meisje van meidennaaien en kutlikken beschuldigen was iets héél anders dan te ontdekken dat het waar was. Ze keken naar haar met andere ogen nu. Had Nina het echt gedaan? Beschaamd keek die al de hele tijd naar haar eigen schoenen. Ja dus. Zowaar, voor dìe werkelijkheid konden de meiden zelfs wat respect opbrengen.
En dan Juliette. Oh ja, ook zij had gedaan wat iedereen eigenlijk voor onmogelijk had gehouden: de Klasse-Oudste likken. Onder haar rokken kruipen en haar genot geven. Haar beffen heette dat, oh ja, ze waren wereldwijs, deze meisjes. Gedwongen daartoe was ze, Juliette, maar gedwongen of niet, ze had het toch maar mooi even gedaan. Zonder er over op te scheppen. Zonder zelfs ook maar iets daarvan prijs te geven. Even was ze weer hun heldin.

De Rechter schraapte zijn keel. Weer werd het muisstil.
“Hoor hier het derde en laatste deel van de bestraffing van Meisje Maartje, voorheen mejuffrouw Maartje Klasse-Oudste, aan. Ook deze derde maal zal zij twaalf slagen ontvangen met de cane. Ook deze slagen zullen met volle kracht uitgedeeld worden. Maar nu zal de beul haar geen gelegenheid geven om tot rust te komen alvorens hij de volgende slag uit zal delen. Zonder aarzeling zullen de slagen haar billen treffen. En, nogmaals, met volle kracht.
Alleen vooraf zal de gestrafte tijd krijgen, volop tijd zelfs, om zich op haar laatste straf voor te bereiden. De beul zal haar alle tijd geven. Ze zal alle verzet achter zich laten. Zal ons tonen dat ze er klaar voor is. Gereed om het laatste deel van haar straf te mogen ontvangen. Ze zal stil zijn en bewegingloos. Volmaakt ontspannen.
En pas als ze ons dat heeft getoond, als ze zich geruime tijd op geen enkele wijze heeft bewogen of haar spieren heeft gespannen, zal de eerste slag vallen.
Heer beul, Juffrouw V., Madame Mélisande, wilt u gedrieën beoordelen of de veroordeelde die staat heeft bereikt, de staat van volmaakte ontspanning en bewegingloosheid? En wilt u pas uw hand opsteken als u daarover tevreden bent?”

Hoe moet je je op een dergelijke straf voorbereiden? Als je al zoveel slagen ontvangen hebt? Als je open en machteloos opgehangen bent? Dat kun je niet. Je kunt alleen de angst voelen.
Eerst ben je alleen dáár mee bezig. De wetenschap dat de pijn overweldigend zal zijn. Dat je volop zal schreeuwen. Dat je de slagen niet zal kunnen ontwijken. Dat iedereen je zal zien en zal horen.
Dan komt het besef dat je je niet mag bewegen. Eerst kan je dat niets schelen. Want je stijf houden betekent dat de straf zal aanvangen. En dat wil je niet. Je weigert de pijn te ontvangen.
Maar gestraft worden, dat zul je. Je weet dat het onvermijdelijk is. Je beseft je schuld. Je weet dat Nina en Juliette naar je kijken. Je weet dat het moet. Maar nog wil je niet. Want je bent bang dat je het niet kunt verdragen.
En dan, eindelijk, besef je dat het moet. Dat je moet gehoorzamen. Dat het er niet toe doet òf je het kunt verdragen. Je hebt geen keuze, je kunt niet weg. Dan houd je je pas echt bewegingloos. Bereid je je pas echt voor. Ben je klaar om te ondergaan.
Maar dan gaat het wachten pas echt lang duren. Seconden lijken uren. De tijd verdwijnt. Je hoort nu alles, elke zucht. Je voelt je daar hangen. Je voelt ieders blikken. Dan verdwijnt ook dat laatste geluid. Het lijkt alsof iedereen in de zaal zijn adem inhoudt. Het is volmaakt stil.
Dan klinkt de bitse stem als een verlossing.
“Nu.”
De eerste slag klinkt als een schot en echoot door de ruimte. De tweede valt nog voor ze een schreeuw heeft kunnen geven. Maar bij de derde schreeuwt ze. Op volle kracht. En blijft ze schreeuwen.
Aan één stuk door.
Lang nadat de laatste slag gevallen is.


wie was nou al weer wie?
lijst met personages - opent in nieuw tabblad



en waar speelde zich het allemaal af?
het Gebouw - opent in nieuw tabblad



© Paul Gérard


Direct doorlezen?
ga naar het eerste hoofdstuk
van het tweede deel van de
Kostschool voor Moeilijk Opvoedbare Meisjes:

“Rolwisseling”


de onderstaande link: "naar het volgende hoofdstuk/verhaal" gaat naar het overzicht van het eerste deel van de Kostschool



verhalen maken dromen waar



      naar het vorige hoofdstuk/verhaalnaar het volgende hoofdstuk/verhaal      


Een verzoek!


Deze site is bedoeld voor discussies/verhalen/vragen/weetjes die wat langer blijven staan.
We willen jullie daarom vragen:
  zorgvuldig te zijn in het opstellen van een reactie.
  kijk even naar de opmaak.
  corrigeer type- en spelfouten
      (een eenvoudige spellingscontrole verschijnt bij de voorbeeldweergave).
  en maak gebruik van de vele opmaak mogelijkheden.
  Echt: het is niet ingewikkeld.
  En wist je dat achter de   button een heleboel verschillende     zitten?


geef hier je reactie op het verhaal en/of op de commentaren van anderen
Je Onderwerp:

Vermeld hier onderwerp, of kopje, of samenvatting, of blikvanger van je reactie.
Je reactie:
Gebruik Opmaakbuttons
Selecteer tekst en klik op de button
of: klik 1 maal voor begincode en nogmaals voor sluitcode
Voor uitleg van de buttons: glij er overheen met je muis
Vet Cursief Onderstrepen maak tekst heel klein maak tekst klein maak tekst groot maak tekst extra groot centreer maak een lijst met bullets maak een genummerde lijst
voorbeelden van de beschikbare fonts + instructie opmaak hulp: geeft uitgebreide uitleg -ook van diversen- plus extra mogelijkheden!
onderstaande buttons geven direct resultaat (selecteer dus geen tekst!):
een kop maken: vet + groot (geen tekst selecteren) plaats je e-mail adres (geen tekst selecteren) Maak een hyperlink (geen tekst selecteren) Voeg clipart plaatje toe (geen sluitcode!) trek een lijn (geen sluitcode) maak wit/spatie (geen sluitcode!) maak een dichte bullet (geen sluitcode!) maak een open bullet (geen sluitcode!) maak een vierkante bullet (geen sluitcode!) maak een een curren - een soort bullet (geen sluitcode!) maak het copyrightteken (geen sluitcode!) { voor gebruik BINNEN opmaakcode (geen sluitcode!) } voor gebruik BINNEN opmaakcode (geen sluitcode!)  ECHTE komma: voor gebruik BINNEN opmaakcode van een TABEL (geen sluitcode!)

Inlognaam: Gebruiksaanwijzing:
Geef je Inlognaam en Wachtwoord.
Aanmelden is verplicht, kostenloos en heel eenvoudig!
Maak gebruik van de vele opmaakbuttons hierboven!
Wachtwoord:
Opties: Je mag HTML opmaakcode in je bericht gebruiken
Activeer eventuele links in je bericht
Actie: